Artsen aan het roer: medisch leiderschap tijdens een crisis

Dokters die het kabinet adviseren, die de rol van crisismanager op zich nemen en die een hoofdrol spelen in de media: artsen hadden de afgelopen maanden een sleutelpositie in de aanpak van de COVID-19 crisis. Hoe is het om als arts zo’n prominente rol te hebben? “Medisch leiderschap is door deze crisis in één klap tastbaar geworden.”

“Hectisch”, zo vat Anja Schreijer, arts Maatschappij + Gezondheid (gespeciali­seerd in infectieziekten), epidemioloog en teamhoofd van de GGD in Amsterdam, de afgelopen maanden samen. Toen ze na de kerstvakantie weer aan het werk ging en de eerste berichten uit Wuhan kwamen, dacht ze: dit zou Nederland wel eens kunnen raken.

Dat het zo’n vlucht zou nemen en zo’n grote impact zou hebben, had ze echter nooit kunnen denken. “Ik weet nog dat ik op een woensdag bij Op1 zat toen er in Nederland nog geen COVID­-19 gevallen bekend waren. Twee dagen later zat ik bij Jinek toen de storm was losgebarsten. Sindsdien ben ik in een rollercoaster beland.”

Door COVID­-19 staat haar vak ineens volop in de belangstelling. “Als ik iemand vertel dat ik arts Maatschappij + Gezondheid ben en dat wij met een 360 graden­-blik naar gezondheidsvraagstukken kijken, is nu in één klap helder wat ik bedoel. Onze rol is om de verspreiding van het virus te beper­ken, en daarvoor moeten we artsen in de cure, care en public health met elkaar verbinden, én de link leggen naar beleids­makers en de samenleving. In de eerste weken overlegden we met ons team dage­lijks met huisartsen over het testbeleid, met artsen in ziekenhuizen en verpleeghuizen over het melden van patiënten, met burge­meesters over preventiemaatregelen en met de politie over de vraag hoe zij met arrestanten moesten omgaan. Intussen waren we binnen onze GGD bezig onze medewerkers voor te bereiden op wat komen ging. Als arts Maatschappij + Gezondheid sta je midden­ in de maatschappij, maar dat is nog nooit zo zichtbaar geweest als nu.”

Medisch geluid

In april werd Schreijer gevraagd voor het voorzitterschap van het Landelijk Overleg Infectieziektebestrijding (LOI). Vanuit die rol is ze automatisch vast lid van het Outbreak Management Team (OMT). “Ik vind het ontzettend belangrijk het public health-­geluid in een crisis als deze te laten horen. De public health heeft namelijk een essentiële rol.” Voor haar was dat de doorslaggevende reden om ‘ja’ te zeggen tegen het voorzitterschap van het LOI. Ze vindt het daarnaast van belang om in het OMT op macroniveau met artsen uit verschillende disciplines na te denken over het beteugelen van deze crisis. “Ik ben, in de verschillende crisisoverleggen waarin ik participeer, niet bang om onge­makkelijke dingen te zeggen, anders moet je deze rol niet op je nemen. Je kunt elkaar niet naar de mond praten en moet elkaar scherp houden. We hebben soms pittige discussies, maar dat is nodig om tot een zo goed mogelijke afweging te komen.”

Meer lezen over deze artsen? Dat kan: LAD-magazine juni 2020.