“Aios buiten het ziekenhuis verdient minder” | Vergelijkingsonderzoek arbeidsvoorwaarden aios

De overstap van basisartsen naar een specialistenopleiding buiten het ziekenhuis is minder aantrekkelijk doordat aios werkzaam in ziekenhuizen, umc’s en de ggz-sector aanmerkelijk meer salaris, vakantietoeslag en eindejaarsuitkering ontvangen dan aios buiten het ziekenhuis zoals voor de opleidingen tot huisarts, specialist ouderengeneeskunde, jeugdarts, verslavings- en vertrouwensarts.

Dit is de meest in het oog springende uitkomst van het op 4 juli gepubliceerde vergelijkingsonderzoek primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden aios, in opdracht van SBOH uitgevoerd door FWG Progressional People.

Een heldere maar ook pijnlijke conclusie. Laten we ervoor zorgen dat deze verschillen snel worden opgelost.

Korte verdere toelichting:

Cao-vergelijking
Uit de vergelijking van de SBOH-cao met de cao’s ziekenhuizen, umc, ggz, UWV, VVT, gehandicaptenzorg en SGO (GGD) valt verder op te maken dat kostenvergoedingen zoals voor reizen, verhuizen en opleiding gelijkwaardig zijn. Dat geldt ook voor bijzonder verlof-regelingen. De cao SBOH zit wat betreft vakantieverlof ten opzichte van de andere cao’s wat ‘ruimer in zijn jas’. De vergoeding voor overwerk en onregelmatigheid is in de cao SBOH gelijkwaardig en op sommige punten beter dan in de andere cao’s. Bij de pensioenbijdrage is te zien dat de cao UMC op dit punt een duidelijke plus heeft. Hoewel er geen inhoudelijke vergelijking van de pensioenregelingen is gemaakt, is wel de werkgeversbijdrage in de pensioenpremie onderling vergeleken. De cao’s van SBOH, ziekenhuizen en ggz zijn op dit onderdeel nagenoeg vergelijkbaar.

Inkomensterugval
Concreet betekent het dat een basisarts met een aantal jaren ervaring in de medische sector (inmiddels gemiddeld 4 jaar) een inkomensterugval te verwerken krijgt tussen de € 571 en € 2.552 bruto per maand wanneer wordt gestart met een vervolgopleiding via SBOH. Deze inkomensterugval is het gevolg van een lager basissalaris en het niet volledig meenemen van ervaringsjaren bij SBOH.

De inkomensval werkt daarmee een situatie van ongewenste concurrentie in de hand. Aangezien SBOH bijna helemaal wordt gefinancierd via beschikbaarheidbijdragen van de NZa en subsidies van VWS, is het ministerie van VWS aan zet om de salarisverschillen op te lossen. Om een gelijkwaardige arbeidsvoorwaardenregeling in de cao SBOH te krijgen, is er per 1 januari 2024 een salarisverhoging van minimaal 15% nodig. SBOH is actief bezig om het onderwerp hoog op de agenda van de minister en zijn ambtenaren te houden. Daarom is er op 4 juli ook een brandbrief naar de minister gestuurd waarin wordt opgeroepen om maatregelen te nemen.

Lees de samenvatting van het Vergelijkingsonderzoek primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden AIOS.